Exclusief in groente

2016 - 2016


Het Rijn-Waalgebied in Nederland en Duitsland wordt gekenmerkt door zijn sterke positie in de groente- en fruitteeltsector. Vanuit de kleinschalige telers uit de regio de behoefte geuit om over te stappen naar een nieuw verdienmodel. Aan de hand van deze marktstudie vindt er een verkenning plaats naar de trends, branche, klanten, concurrentie en omgeving per bedrijf. Uiteindelijk moet deze studie een opstaptraject worden naar een nieuw verdienmodel voor kleinschalige agrarische bedrijven.

 

Het Rijn-Waalgebied in Nederland en Duitsland wordt gekenmerkt door zijn sterke positie in de groente- en fruitteeltsector. Telers in deze regio produceren grote hoeveelheden aan groente en fruit. Een groenteteler kan in het bezit zijn van enkele hectaren grond voor zijn of haar productie. De omzet is daarbij gericht op het behalen van voldoende kwantiteit aan groenten voor de verkoop via de veiling. Telers waarbij het perceeloppervlakte tussen de 0,7 – 1,5 hectare zit, beschikken gewoonweg niet over een dergelijke capaciteit om hierin een concurrentiepositie in te nemen. Mede hierdoor is er vanuit deze kleinschalige telers uit de regio de behoefte geuit om over te stappen naar een nieuw verdienmodel. Een mogelijkheid is om over te stappen van kwantiteit naar kwaliteit in de vorm van lokale productie en verkoop van (vergeten) groenten. Dit vooruitzicht naar lokale productie kan ook breder worden getrokken naar andere agrarische bedrijven uit de regio.

 

Voordat agrarische bedrijven overstappen naar een nieuwe verdienmodel, is echter inzicht nodig in de vorm van een verkenningsonderzoek. Vragen die daarbij aangekaart dienen te worden zijn: welke producten worden lokaal en regionaal geteeld, waar gaan de producten naar toe, wat zijn typische lokale groenten/streekproducten, wat is de marktvraag en wat wordt reeds geproduceerd door concurrenten. Aan de hand van deze marktstudie vindt er een verkenning plaats naar de trends, branche, klanten, concurrentie en omgeving per bedrijf. Uiteindelijk moet deze studie een opstaptraject worden naar een nieuw verdienmodel voor kleinschalige agrarische bedrijven.

 

De partners hebben volgende taak gedurende het project. Nijenhuis houdt zich inhoudelijk bezig met kweken van pioenrozen en perkgoed en zal input leveren in het verkenningsonderzoek. Aleven teelt voornamelijk snijbonen en andijvie en zal eveneens kennis leveren die kan bijdragen aan het verkenningsonderzoek. De Duitse partners bestaan uit twee bedrijven die nabij de grens zijn gevestigd. Brands is een kleinschalige teler die zich bezig houdt met de teelt van postelein, tomaat en komkommer. Richtersgut produceert en verkoopt biologische eieren op zelfstandige basis.

 

Onderzoek naar de verkoop en productie van lokaal goederen zouden dan theoretisch binnen de regio verder doorontwikkeld en doorgevoerd kunnen worden Doordat het Nederlands en Duitstalige Rijn-Waalgebied nauw verbonden zijn met betrekking tot hun agrarische draagvlak, zorgt het project voor meer netwerkverbinding tussen beide taalregio’s.

Partners

Leadpartner: MKB Nijenhuis Huissen

Partners: HAS Kennistransfer en Bedrijfsopleidingen Den Bosch, MKB Aleven Huissen, MKB Bioland Gärtnerei Brands Bedburg-Hau, MKB Richtersgut Kranenburg

Financiering

Aangevraagde EU-subsidie:€ 19.979,-

Projectkosten: € 39.979,-